Djokovic

10 oktober 2011 - Belgrade, Servië

De hooggerechtshofrechter en haar man woonden in dezelfde straat als Đoković, in een prachtig appartement. De man, gepromoveerd op het onderwerp rakija's en de gistingsprocessen in pruimen en nu professor in dit onderwerp aan de Landbouwhogeschool, had er voor het feestje de allerbeste thuisgestookte frambozenvariant klaargezet. Frambozen in het kwadraat, in vijf dimensies. Daarna waren ze vertrokken naar een restaurant, om plaats te maken voor zoonlief en diens vrienden.

Hou je van voetbal, vroeg één van de vrienden. Ik schudde mijn hoofd. Netz, dat is het beste team van de wereld, zei de één, en begon alle spelers van de laatste tien jaar op te sommen. Ze klonken wel erg bekend. En Eé Céé, vroeg ik. Ja, netz. Die komen uit de stad waar ik woon. Echt waar? Hoe ziet het stadion eruit? De ander schonk me in van een tweede thuisgestookte fles, ditmaal de abrikozenvariant. Viliam dva, dat was meer zijn team. Als ze ooit naar het buitenland kunnen, dan het allerliefst naar een wedstrijd tussen die twee. Ze speelden al 5 jaar altijd met Netz en Viliam op de playstation, ooit random geselecteerd.

Om 00.00 werd er geluncht en om 02.00 de verjaardagstaart geserveerd. Iedere Servische vrouw verslaat iedere Hollandse banketbakker. Daarna vertrokken we. Terwijl we in de auto stapten schreeuwden ze wild dansend gedag van het balkon, en vrolijke beledigingen richting het huis van Đoković. Ze hielden van voetbal, basketbal en waterpolo, maar niet van tennis.

(Voor de niet-facebookers: foto's vind je via de vers toegevoegde link. Verder beloof ik binnenkort eens goed te gaan zitten om uit te leggen wat er nou zo tof is aan Servie en vooral aan Serviers. Hoewel ik ook hoop dat het ook wel een beetje op te maken is uit de verhalen : ) ).